We hebben er in de verkiezingscampagne al op aangedrongen om te komen tot een zo breed mogelijk gedragen raadsprogramma. Wij denken dat hierdoor de rol van de raad als kadersteller beter uit de verf komt en dat alle partijen (niet alleen de coalitiepartijen) hiermee daadwerkelijk invloed krijgen op het beleid dat door het college wordt uitgevoerd. We slaan met het voorliggende raadsprogramma nadrukkelijk een nieuwe weg in. Daar geven wij graag onze steun aan.

Wat we bijzonder waardevol vonden zijn de discussies die we gevoerd hebben als raadsleden onderling over de opgaves waar de gemeente de komende vier jaar voor staat. Daar heeft het echt aan ontbroken de afgelopen raadsperiode. We hebben gemerkt dat rondom de onderwerpen als Wonen, veranderende Mobiliteit, Klimaat en Energie, Levendige Kernen, Transitie Landelijk gebied, Bestendigen Sociale Cohesie, Welzijn en Gezondheid, Veiligheid, Lokale Economie, Onderwijs en Ontwikkeling, we elkaar hebben kunnen vinden in wat we de komende vier jaar willen gaan doen. Zijn ze het dan over alles eens geworden, hoor ik onze inwoners dan denken. U zult gaan merken dat bij de uitwerking door het college over het HOE we de opgaves gaan aanpakken er nog stevige debatten gevoerd zullen gaan worden. Daar is de gemeenteraad ook voor: een levendige discussie op de inhoud van de plannen zonder de fractiediscipline die er vaak heerst bij een traditionele verdeling tussen coalitie en oppositie.

We lichten er twee onderwerpen uit waarbij de meningen daar nog behoorlijk uit elkaar lopen, ook over het WAT. Als het gaat over opwek van energie via kleinschalige zonneparken en windmolens, merken we dat een groot aantal partijen bij dit onderwerp de spreekwoordelijke kop in het zand steekt en hier de komende 4 jaar zelfs geen plannen voor willen gaan voorbereiden. We verbazen ons hier oprecht over, zeker gezien de energiecrisis die op dit moment in elk huishouden is te voelen.

Ook op het onderwerp Transitie Landelijk Gebied hebben we gemerkt dat de urgentie van de stikstof- en waterproblematiek nog onvoldoende is doorgedrongen bij veel partijen in deze raad. Zeker met twee grote Natura 2000-gebieden binnen onze gemeentegrenzen zullen we hier op korte termijn nadrukkelijk mee aan de slag moeten. Aan ons een schone taak om hier verandering in aan te gaan brengen. Wij zouden om te beginnen ervoor willen pleiten om in een openbare raadsinformatiebijeenkomst een aantal deskundigen uit te nodigen die vanuit verschillende perspectieven (o.a. natuur, landbouw, water) ons op dit vlak eens gaan bijpraten over hoe de vlag ervoor staat.

Hoe nu verder? Wij kunnen ons vinden in het raadsvoorstel zoals het nu voorligt, waarin we afspreken om jaarlijks het programma te evalueren. Belangrijk is wel om hier tijdig mee te starten, zodat de evaluatie daadwerkelijk sturing gaat geven aan de kadernota en de begroting van 2024 en verder. Dan als laatste een bijzonder dankwoord voor onze griffie, de gemeentesecretaris en de burgemeester die de raad hebben ondersteund en af en toe op het rechte pad hebben gehouden om te komen tot het resultaat dat er nu ligt.

Dan als laatste nog een korte reactie op het amendement van het CDA. Wij vinden het op zijn minst vreemd dat je het raadsprogramma zoals we dat met veel inspanning samen met alle fracties (inclusief het CDA) hebben opgesteld voor kennisgeving wilt laten aannemen. Het gaat er volgens ons juist om dat er vanuit de raad een duidelijke opdracht wordt verstrekt aan het college om aan de slag te gaan met de thema’s die we met zijn allen (inclusief het CDA hebben wij begrepen) belangrijk vinden. Dit hebben we aan het begin van het traject ook zo afgesproken. Je bent volgens ons dan ook óf voor het raadsprogramma, óf je bent ertegen. Voor kennisgeving aannemen is wat ons betreft noch vlees, noch vis. Wij hebben het amendement van het CDA dan ook niet gesteund. Alleen het CDA heeft tegen het Raadsakkoord gestemd.

Je kunt het raadsprogramma hier lezen, bij punt 5 in de raadsagenda.

Het Ontwerp mobiliteitsplan

We vinden het belangrijk dat dit plan via een uitgebreid participatietraject tot stand is gekomen waardoor erg veel inwoners gebruik van is gemaakt. Complimenten hiervoor nog aan het vorige college, de betrokken ambtenaren en het bureau dat hiervoor is ingeschakeld. Het plan kan wat ons betreft dan ook vrijgegeven worden voor inspraak. We willen wel van de gelegenheid gebruik maken om een aantal aandachtspunten en een enkele kritische kanttekening te benoemen die we het college mee willen geven richting de vaststelling van het plan in het voorjaar van 2023.

Daarnaast willen we kort stil staan bij de actualiteit. We maken ons serieus zorgen over onze OV-verbinding per trein. In plaats van een verhoging van de frequentie van de treinverbinding Heeze – Eindhoven (2 maal per uur – ook in het weekend en in de avonduren) zien we dat de NS per 11 december een verslechtering aankondigt waarbij in het weekend slechts een maal per uur een trein gaat rijden. Het moge duidelijk zijn dat GroenLinks hier zeer ongelukkig mee is. Daarvoor dienen we een motie in. (Deze is aangenomen, zie dit artikel op onze site en een artikel in het ED).

Terug naar het mobiliteitsplan. Wat we positief vinden zijn de plannen voor een snelbus over de vluchtstrook van de A2 van Weert (via Leende) naar Eindhoven. Belangrijk hierbij is wel dat er gedacht wordt aan een goede fiets- en looproute naar deze halteplaats en vanzelfsprekend een overdekte met camera bewaakte fietsenstalling en wachtruimte.

Ten aanzien van de verbetering van de fietsinfrastructuur (kwaliteit en veiligheid) willen we hieraan graag nog meer prioriteit geven in het uitvoeringsprogramma. De lijn om dit via het reguliere onderhoud en beheer te doen kunnen we ondersteunen. We vragen ons wel af of de middelen die hiervoor zijn gereserveerd wel voldoende zijn.

Ook de aanleg van de doorfietsroute van Heeze via de hut van Mie pils naar Waalre kan wat ons betreft niet snel genoeg beginnen. Dit zijn projecten waar we grotendeels zelf voor aan de lat staan en waar we dus ook zelf voor een groot gedeelte de planning kunnen bepalen. We vragen ons af of er al gesprekken worden gevoerd met Brabant Water over verschillende tracé-varianten en wat deze gesprekken hebben opgeleverd.

We vinden het positief dat er naast investeren in de (fiets)infrastructuur ingezet gaat worden op gedragsverandering in combinatie met verduurzaming. We zien echter nog onvoldoende stevigheid en ambitie terug in het uitvoeringsprogramma. We pleiten ervoor om voldoende financiële middelen en capaciteit vrij te maken om hier nadrukkelijk aandacht aan te gaan besteden. Dit met het accent op de overstap van auto naar fiets voor woon-werkverkeer (de zogenaamde werkgevers benadering). Daarnaast ook het stimuleren van onze eigen inwoners om de dorpscentra te bezoeken per fiets/te voet en de auto thuis te laten. Richt de campagne niet alleen op kinderen en ouderen maar op alle inwoners van Heeze-Leende.

Als laatste punt willen we nog even stil staan bij de Centrale As. Met name bij het gedeelte dat het centrum van Leende zou moeten gaan ontlasten. We voorzien hier een zeer langdurig en erg kostbaar besluitvormingstraject waardoor er voor Leende de komende jaren geen oplossing is voor het ontlasten van de kern. Wij pleiten ervoor om in de komende raadsperiode toe te werken naar andere slimme oplossingen voor dit probleem. Zie hiervoor bijvoorbeeld de aanpak in Cranendonck om sluipverkeer tegen te gaan. Komt nog bij dat wij geen vertrouwen hebben in nog meer asfalt erbij. Ervaring leert dat meer asfalt ook zorgt voor meer auto- (sluip)verkeer. En daar wordt niemand blij van.

Je kunt het raadsprogramma hier lezen, bij punt 7 in de raadsagenda.

Motie Vreemd van GroenLinks, ABHL, VVD en D66: aandacht voor energieproblemen bij dorpshuizen, verenigingen en maatschappelijke organisaties

Bij het Rondetafelgesprek van twee weken geleden kwamen we met ABHL in gesprek over gebrek aan aandacht voor de energieproblemen bij dorpshuizen, verenigingen en maatschappelijke organisaties. Vervolgens hebben we het initiatief genomen voor een motie die ook namens ABHL en VVD wordt ingediend. D66 gaf aan dat zij ook mede indiener wil zijn. De wethouder gaf aan dat er volop aandacht is voor deze groep en dat hij bezig is om middelen aan te vragen bij het rijk. Dit kan vanaf 1 november. Wordt vervolgd! De motie:

De raad van de gemeente Heeze-Leende in openbare vergadering bijeen op 17 oktober 2022

Kennis genomen hebbend van

  • De sterk stijgende energieprijzen voor gas en elektriciteit;
  • De aandacht (landelijk en lokaal) voor compenserende/dempende maatregelen (energieplafond) gericht op particulieren die hier mee te maken (gaan) krijgen.
  • De steun in de Tweede Kamer voor een compensatieregeling voor verenigingen en maatschappelijke organisaties, betaald door het Rijk, die uitgevoerd kan gaan worden door gemeenten (vergelijkbaar met de coronasteun). Zie voor meer informatie https://nos.nl/artikel/2445637-slotbalans-kamerdebat-steun-voor-prijsplafond-energie-ook-voor-mkb-en-verenigingen

Overwegende dat

  • In Heeze-Leende diverse dorpshuizen, verenigingen en maatschappelijke organisaties het moeilijk hebben door de consequenties van de energiecrisis;
  • Deze groep een belangrijke maatschappelijke functie heeft binnen onze kernen en we het van belang vinden dat zij niet omvallen door deze consequenties;
  • Het belangrijk is dat ook dorpshuizen, verenigingen en maatschappelijke instellingen financieel gecompenseerd worden voor de stijgende energieprijzen;
  • Het belangrijk is dat het college actief en vroegtijdig in overleg gaat met deze groep om in kaart te brengen of en in welke mate dit voor hun aan de orde is de komende periode;
  • We op die manier snel kunnen handelen als de middelen vanuit het rijk beschikbaar komen voor deze groep.

Verzoekt het college om:

  1. In kaart te brengen welke knelpunten onze dorpshuizen, verenigingen en maatschappelijke organisaties verwachten als gevolg van de stijgende energieprijzen;
  2. Met onze dorpshuizen, verenigingen en maatschappelijke organisaties proactief te kijken welke maatregelen (b.v. energie besparen) zij zelf al kunnen nemen om de financiële gevolgen te beperken;
  3. Te bepalen op welke wijze de financiële ondersteuning van dorpshuizen, verenigingen en maatschappelijke organisatie kan plaatsvinden, zodat dit direct kan worden uitgevoerd als er middelen van het Rijk beschikbaar komen.