Mede door inbreng van de dorpsraden en andere belanghebbenden lag er in 2022 dan ook een ontwerp dat een stuk beter was dan het koersdocument uit 2020. Ook in deze (voorlopige) eindversie zien we een aantal duidelijke verbeteringen. Dit op basis van input van belanghebbenden, waaronder de provincie. Enkele goede verbeterpunten ten opzichte van de ontwerpversie zijn:
- De keuze om de 30% sociale huur voor nieuwbouwprojecten op te nemen.
- De keuze om de aangewezen stiltegebieden een duidelijke plek te geven in de omgevingsvisie.
- Verruiming van de ontwikkelingsmogelijkheden in Leenderstrijp (wel onder strenge voorwaarden).
- Water en bodem wordt als ordenend principe opgenomen in de omgevingsvisie.
Waar we niet mee kunnen instemmen, zijn de aanpassingen die zijn doorgevoerd in de paragraaf over de transitie van het landelijk gebied en de transitie naar een duurzame landbouw (6.5 en 5.3.3). We zien hier wat de ambities betreft een terugtrekkende beweging die ingaat tegen de ontwikkelingen die we zien op landelijk en provinciaal gebied en die door het IVN tijdens het Rondetafelgesprek heel goed zijn verwoord. We dienden daarom samen met D66 een amendement in. Daarin wijzen we op het volgende:
In de ontwerpversie was het algemene uitgangspunt stimulering van natuur inclusieve en grondgebonden kringlooplandbouw, met de nadruk op extensivering om die transitie mogelijk te maken. In de nieuwe versie is deze ambitie teruggebracht naar bevordering van extensivering, maar alléén daar waar dat vanwege nabijheid van natuur of bebouwde kom noodzakelijk is. Daarbij zijn ook een aantal mogelijkheden voor alternatieve economische bedrijvigheid geschrapt (zoals kleinschalige energieopwekking en opslag, experimenten met nieuwe woonvormen en de combinatie van wonen en zorg). In plaats daarvan is er in de visie ruimte gemaakt voor productielandbouw en wordt de deur op een kier gezet voor intensivering. Dit strookt niet met rijksbeleid dat insteekt op de ontwikkeling van natuur inclusieve en circulaire landbouw. Dit spoort ook niet met de visie van de Metropoolregio Eindhoven, want die wil de kwaliteit van de leefomgeving in het landelijk gebied juist verbeteren.
In het amendement vroegen we het college: De paragraaf 6.5 landelijk gebied uit de omgevingsvisie 2040 (nieuwe versie) te vervangen door paragraaf 6.5 uit de ontwerp omgevingsvisie en daarnaast in het milieu mengpaneel ‘Landelijk gebied’ de aspecten waterkwaliteit (grond- en oppervlaktewater) en bodemkwaliteit aan te passen van ‘de basis op orde’ naar gemiddeld.
Dit amendement heeft het met 8 stemmen tegen en 7 voor jammer genoeg net niet gehaald. Maar het feit dat de VVD, PvOJ, D66 en natuurlijk GroenLinks voorstemden biedt perspectief voor de toekomst.
Nulmeting en milieumengpanelen
Het IVN en de dorpsraad Sterksel hebben goede punten ingebracht. Die gaan over het uitvoeren van een objectieve nulmeting en het aanpassen van de milieumengpanelen bij het omgevingsplan Sterksel. De omgevingswet gaat in essentie om het verbeteren van ons leefmilieu, waarbij elke activiteit altijd aantoonbaar moet bijdragen aan verbetering van de kwaliteit van de leefomgeving. Als we niet weten waar we nu staan, kunnen we ook niet zien of iets verbeterd is. Daarom pleiten wij ervoor om bij de pilot omgevingsplan Sterksel een nulmeting uit te gaan voeren. Hiervoor dienden we samen met D66 een motie in. Tijdens de raadsvergaderingen werd dit ingewikkeld gevonden; hoe zou dat dan moeten? De motie werd niet aangenomen.
Ook zouden we voordat gestart wordt met het opstellen van het omgevingsplan voor Sterksel graag zien dat de raad gevraagd wordt om hiervoor kaders te stellen. Samen met D66 hebben we een amendement ingediend waarin we het college vragen: ‘Jaarlijks te bezien of het wenselijk c.q. noodzakelijk is om samen met de raad op onderdelen de omgevingsvisie te evalueren en zo nodig te herijken.’ Deze is aangenomen.
De webcast van de raadsvergadering, met bijbehorende documenten zoals de Omgevingsvisie, zijn hier te vinden: