Mari was tot 2022 natuurbeheerder bij Brabants Landschap en schrijft wekelijks een column in het Eindhovens Dagblad. Wij spraken hem over zijn motivatie en ambities.
Mari, kun je ons eerst eens iets vertellen over het waterschap: wat doet het precies?
Het waterschap zorgt in heel Nederland voor veilige dijken; het zorgt ervoor dat we niet onder water lopen. Verder zorgt het niet alleen voor kwalitatief gezond water, maar ook dat er voldoende water beschikbaar is. En wat veel mensen niet weten, is dat ook de rioolzuiveringsinstallaties allemaal van het waterschap zijn. De zuivering van water, zodat het weer richting de beken kan, hoort dus ook bij de taken van het waterschap.
En hoe functioneren die waterschappen dan precies?
Het algemeen bestuur doet eigenlijk hetzelfde als een gemeenteraad in een gemeente: het controleren en adviseren van B&W. Het algemeen bestuur van het waterschap controleert en adviseert het dagelijks bestuur en de dijkgraaf. Verder hebben mensen ook hun eigen taken. Ik ga mezelf verdiepen in groen en in de droogteperikelen, omdat ik daar ook al zoveel mee te maken heb gehad vanuit mijn werk. Dit werkt goed als aanvulling op andere mensen die weer heel goed thuis zijn in bijvoorbeeld rioolwaterzuiveringsinstallaties of die juist bestuurlijke wijsheid hebben. Tot 2008 werd je op persoonlijke titel gekozen, maar uiteindelijk zijn het allemaal politieke partijen geworden, dus ook partijen als VVD, CDA doen allemaal mee. Maar er zijn ook speciale waterschapspartijen. Wij zijn dan Water Natuurlijk, dat is de grootste waterschapspartij. Het is eigenlijk een brede beweging van GroenLinks, D66, de Brabantse Milieufederatie, Brabants Landschap, Natuurmonumenten, Sportvisserij Nederland, IVN, Vlinderstichting en RAVON. Wij kijken naar zowel het groen als naar het blauw; daarin onderscheiden we ons van de andere partijen.
Is dat ook de reden dat je voor deze partij bent gegaan?
Jazeker. Een jaar of 8 geleden werd mij ook al gevraagd om op de lijst te staan, mede vanwege mijn lokale bekendheid als natuurbeheerder. Het was toen echter qua tijdsinvestering niet mogelijk om het te combineren met mijn werk voor Brabants Landschap, want je wil het toch graag goed en serieus aanpakken. Toen heb ik me voorgenomen: als ik met pensioen ga, dan heb ik die tijd wel. Dan heb ik mijn netwerk en de kennis nog om me nog vier jaar in te zetten voor de natuur. Maar dan wel via de waterschapspartij.
Denk je dat je voor deze functie veel hebt aan jouw voormalig werk voor Brabants Landschap?
Ja, als beheerder van zo’n 3000 hectare natuurgebied hier in Zuidoost-Brabant hebben we best wel veel met de waterschappen te maken gehad. En soms tot ergernis. Dan lag er een boom in een beek, en dan dacht ik: goh, die boom houdt mooi dat water tegen, die zorgt voor een natuurlijk dammetje, waarachter die vissen kunnen blijven leven, waar de ijsvogel nog een visje kan verschalken… En dan moest het er van het waterschap uit, vanwege het feit dat er bovenliggende agrarische belangen waren. Dat vond ik wel irritant. Maar er zijn de laatste jaren ook heel veel mooie projecten uitgevoerd door het waterschap, waarbij de natuur juist werd versterkt. Dus die kant moeten we eigenlijk zoveel mogelijk op. Die boom laten liggen, dan gaan we gewoon weer water opslaan langs die beken, zodat we op die manier ook de grondwaterstanden hier omhoog trekken.
Hoe komt het denk je dat het waterschap de mensen zo weinig zegt?
Je trekt je wc door en je bent van je eigen rottigheid af. Het water komt zo uit de kraan. Het is allemaal zo goed geregeld en zo vanzelfsprekend, dat mensen er helemaal niet bij stilstaan wat er verder allemaal speelt. En we zijn denk ik ook wel een beetje van de natuur vervreemd. Zo zeggen mensen bijvoorbeeld over de droogte waarmee we te maken krijgen: “Lekker hoor, eerst moest je naar Zuid-Frankrijk, nu kan ik lekker hier blijven.” Ook de piekbuien alarmeren ons over het algemeen te weinig. Terwijl dit technisch gezien voor de waterschappen wel echt een probleem is. Enerzijds moet er meer water worden opgevangen, zodat de grondwaterstand omhoog gaat. Anderzijds moet je het water van die piekbuien juist weer kwijtraken, want je wil ook niet dat een dorp onder water komt te staan. Dus hoe zorg je ervoor dat je die combinatie zo goed mogelijk maakt? Dat je de belangen van de burger, de boer en de natuur combineert? Want ze zijn vaak zo tegenstrijdig.
En waarom moeten mensen juist wel gaan stemmen tijdens de waterschapsverkiezingen?
Omdat de waterschappen gaan om goede hoeveelheden en gezond water. Omdat de beekdalen en de plassen de basis zijn van heel veel natuurgebieden. Goed water en een goede kwaliteit water zijn echt de basis van onze natuur. Daarnaast is gezondheid bij Water Natuurlijk ook een item. Bij gezond water en mooie natuur is het goed recreëren, en dat is dan weer goed voor de geestelijke en fysieke gezondheid van mensen. Bovendien moet er nog heel wat gebeuren om in heel Europa gezond oppervlaktewater te krijgen. Dat is nu zwaar onder de norm. Het is dus eigenlijk een heel breed verhaal.
Ga je ook nog echt campagne voeren?
Nou, ik heb wel een leuke slogan in gedachten: ‘het waterschapsbestuur: de Bijl erin.’ Dat lijkt me wel wat.
Zijn er nog tips die je aan onze leden mee kunt geven voor het stemmen?
Ik zou zeggen: stem in ieder geval op een partij die breed kijkt, die ook de natuur en het milieu hoog in het vaandel heeft staan, en daarbij ook meteen de volksgezondheid meeneemt. Dan is Water Natuurlijk wel een voor de hand liggende partij denk ik, maar het belangrijkste is dat mensen zich in de waterschapsverkiezingen verdiepen en gaan kijken naar de problematiek.